Een mooie reis door de ogen van collega’s Cas en Walter.
Hallo iedereen, mijn naam is Walter. Ik werk sinds 2017 met plezier bij Kupers en in 2019 is mijn vader Cas ook bij Kupers komen werken. Ik pendel nu voor het tweede seizoen samen met mijn vader vast op bus 2 voor Jongerentravel. Wij rijden ook veel andere ritten samen, zo ook voor veel scholen en andere reisaanbieders zoals Yoonly en daarvoor Sunweb met de winterpendels. We doen dat met ontzettend veel plezier en proberen alle ritten op een leuke manier weg te zetten, zodat de passagiers een leuke reis hebben gehad als ze aankomen op hun bestemming.
Ons werd gevraagd of wij een mooi reisverslag konden schrijven over hoe zo’n pendel er nu uitziet en over wat je kunt tegenkomen onderweg.
In de ochtend op de vertrekdag ga ik rond een uurtje of 10.30 naar het ouderlijk huis om mijn vader op te halen. De route kunnen we inmiddels dromen, maar toch kijken we in de ochtend voor vertrek altijd nog even de routes na om te kijken of er nergens wegwerkzaamheden zijn en dergelijke. Daarna vertrekken we altijd al redelijk op tijd naar Kupers in Weert.
We controleren de bus op schades en kijken meteen even of de koelvloeistof nog op niveau is. De afgelopen pendel hebben we een lek gehad bij het koelvloeistoffilter, dat is gerepareerd, maar even een check of het niet wederom is gaan lekken is natuurlijk een kleine moeite.
Als de bus ook visueel is gecontroleerd op schades, hebben we nog voldoende tijd om de afvalzakjes op te hangen, de koelkast te vullen en te checken of we voldoende toiletpapier bij hebben. Voor vertrek vullen we in de kantine onder het genot van een kopje koffie ons papierwerk in.
In onze ophaaltoer (servicelijn) zit vandaag geen Lummen, Eindhoven of Breda, dus we kunnen meteen richting het wisselpunt in Kontich. Het eerste gedeelte tot aan Kontich rijd ik altijd. Het is een beetje bewolkt vandaag maar we hebben er altijd zin in! We zetten onze favoriete afspeellijst op de speakers en rijden richting Kontich.
Zo lang er bij Antwerpen geen borden staan die aangeven dat de busstrook niet voor touringcars is, maken we daar dankbaar gebruik van als er een file opduikt bij Ranst. Zo komen we netjes op tijd aan. Kontich is traditiegetrouw de plek waar de meeste mensen opstappen en waar ook de overstap naar de correcte bus plaatsvindt. Bij aankomst worden we begroet door Matthias, die ons altijd onze map met papieren geeft en kort vraagt hoe het gaat en hoe de laatste reis was gegaan. In Kontich wisselen we altijd de bestuurderskaarten zodat pap de resterende ophaaltoer langs Gent en Beernem kan doen.
Tijd om de bagage van de passagiers in te laden! We hebben natuurlijk met jongeren te maken en waar de jongens vaak een lekker lichte tas hebben met alleen het broodnodige, hebben de dames thuis wel eens keuzestress over welke outfit ze moeten inpakken, dus in hun valies (Vlaams voor koffer) gaat vaak iedere outfit die ze bezitten. Dat maakt hun valies dus net wat zwaarder. Wij kunnen het dan niet laten om even te vragen of ze niet stiekem hun vriendje hebben meegesmokkeld. Zo is het ijs toch meteen een beetje gebroken, en stappen ze met een glimlach in de bus.
Bij Jongerentravel werken ze met monitoren, die gaan vaak op vrijwillige basis mee als begeleider. Als de moni’s ervoor hebben gezorgd dat de juiste mensen bij ons in de bus zitten kunnen we vertrekken richting de parking van Destelbergen in Gent. We heten de eerste passagiers welkom en stellen ons voor. In Gent zijn de passagiers vlotjes voorzien van een polsbandje en bagagelabel dus al snel kunnen we weer onderweg richting Beernem waar we de laatste mensen moeten gaan ophalen. In Beernem wisselen we de bestuurderskaarten weer en zal ik het stuur overnemen tot aan Reims. Eén van de dames die hier opstapt zegt dat ze blij was dat ze onze poppen van Buurman en Buurman weer zag staan! Zo wist ze dat ze ons wederom als chauffeurs zou gaan hebben. Ze vertelde dat ze vorig jaar ook met ons op bus 2 was mee geweest, en dat dat goed was bevallen.
Als we zijn vertrokken vertel ik de passagiers een gedeelte over de veiligheid, wat we allemaal aan boord hebben, de reisweg en ik probeer het altijd leuk aan elkaar te knopen met wat grapjes. Na zo’n 5 minuutjes praten, weet iedereen waar hij/zij aan toe is en kunnen we onze ‘bus 2’ lijst op Spotify aanzetten. De eerste liedjes zijn natuurlijk zorgvuldig geselecteerd om de sfeer er lekker in te brengen, daarna zijn de eventuele verzoeken aan de beurt. Deze lijst is inmiddels een klein begrip aan het worden in de bus. Er gaan zelfs geruchten dat bus 1 er ook dankbaar gebruik van maakt.
Net vóór Reims hebben we onze eerste stop, en na een goede twintig minuten benen strekken kan pap doorrijden richting Mâcon. Het is dan voor mij tijd om te gaan slapen, en om 20:30 uur blijft dat soms raar. Maar met mijn eigen slaapspullen in de slaapcabine duurt het gelukkig nooit lang voordat ik in slaap val. Gevoelsmatig duurt het ook niet lang voordat het alarm gaat in de cabine; bij deze Van Hool is dat een redelijk onaangenaam geluid waarbij je graag zo snel mogelijk dat hokje verlaat dus dat doe ik dan ook!
Pap zegt dat het al snel wat rustiger werd in de bus en dat was ook wel eens aangenaam wakker worden. Als we aankomen bij het pompstation in Mâcon, kunnen we gelukkig parkeren op de busparking die voor de verandering eens niet bezet was door een vrachtwagen. We laten de jongeren de afvalzakjes mee naar buiten nemen en wij hangen nieuwe zakjes op. De ervaring leert dat we op die manier vaak in de ochtend nog maar minimaal hoeven op te ruimen. Nog even snel de ruiten inzepen met shampoo en de dappere vliegjes wegpoetsen en dan is het alweer tijd om te gaan rijden. Pap duikt al snel de slaapcabine in voor zijn schoonheidsslaapje, en al snel is het aangenaam stil in de bus. Voor mezelf zet ik wat rustigere jazz muziek op en dan slingeren we door Lyon naar Valence, waar het overigens redelijk lekker doorrijden is deze nacht. Ik heb maar voor één slaperige caravanstrijder een beetje moeten inhouden ter hoogte van Montélimar en voor de rest was het smooth sailing richting Montpellier.
Bij deze stille nachtstop was het ook verdacht stil in de bus, niemand maakte gebruik van de mogelijkheid om even de benen te strekken of naar het toilet te gaan. Ik denk dat je er een kanon naast af kon vuren zonder dat ze wakker zouden worden. Dus de bestuurderskaarten wederom snel gewisseld en toen werd het voor mij tijd om de laatste twee uurtjes te gaan slapen.
Toen ik wakker werd scheen het licht van buiten lekker door het raampje van de slaapcabine heen. Traditioneel klinkt het liedje ‘Guten Morgen, Sonnenschein’ van Nana Mouskouri als ik door de bus heen loop, ochtendhumeuren verdwijnen zo als sneeuw voor de zon!
Nog 20 minuten en we zijn in Malgrat de Mar, het zonnetje schijnt en het is zo’n 23 graden al. Tijd om de jongeren het ochtendritueel te laten doen. De gordijntjes worden netjes terug gehangen, rugleuningen rechtgezet en voetsteunen worden ingeklapt. Ik vraag de jongeren altijd een paar keer of ze niets willen vergeten, toch vinden we altijd wel iets in de bus. Gelukkig kunnen we dat vaak ‘s avonds alweer afgeven aan een moni. We vinden altijd van alles, van haarborstels tot sokken en van nekkussens tot make-up. Het grappigste dat we tot nu toe hebben gevonden dit jaar is een zakje konijnenbrokken. Wellicht van iemand die thuis nog even dacht snel een zakje snoepjes mee te nemen?? We vragen ze ook nog altijd even om de zakjes dicht te knopen, zo hebben we vaak de grootste rommel al snel bij elkaar.
Daar zijn we dan! Het zonnetje schijnt ons tegenmoet, de moni’s die daar al zijn verwelkomen ons en we beginnen aan het uitladen van de bus. We hebben deze keer alleen uitstappers voor Malgrat de Mar en alles mag dus op deze locatie uitgeladen worden.
Belgen zijn over het algemeen wat netter wat betreft het achterlaten van de bus en dat was ook nu weer het geval. Als we de jongeren achter hebben gelaten bij de moni’s hebben we nog tijd genoeg om alvast wat diesel voor de terugweg te tanken. Op onze route komen we niet langs Luxemburg, dus is dat het voordeligst in Spanje.
Daarna zetten we onze bus op de parkeerstrook neer en hebben we de helft van de trip erop zitten! Inmiddels weet iedere collega van de andere bussen, bus 2 wel te vinden na de rit, want daar staat vaak een plakje worst klaar en ook een bakje met gezonde lekkernijen. Altijd nog even afschakelen met elkaar dus.
Dan is het tijd om gezamenlijk naar eetcafé Lisa te lopen. Daar nemen we een overheerlijk ontbijtje. Na het ontbijt wordt het tijd om lekker te gaan slapen. We verblijven in Hotel Reymar aan de kust en ik slaap hier altijd wel prima. Na het slapen pakken we altijd nog even een verfrissend drankje op het terras.
We lopen terug naar eetcafé Lisa voor een heerlijke bamischotel en daarna is het alweer tijd om de mensen op te gaan halen. Ditmaal hebben we in Calella twee locaties waar passagiers opstappen en daarna mogen we de rest in Lloret de Mar ophalen. Ik vind het altijd heerlijk om de zonsondergang tegenmoet te rijden, lekker door het heuvelachtige gebied richting de Franse grens. Pap gaat al snel richting de slaapcabine en de jongeren zijn na het delen van de verhalen op de terugweg vaak al snel redelijk stil.
We rijden richting het pompstation Tavel (een goede 30 km ten noorden van Nîmes), wat voor ons een must is omdat we daar als een van de weinige plekken ons spoelwater van het toilet kunnen bijvullen. Daar is ook een stortput dus daar kan het toilet ook meteen worden geleegd. Je kan er bijna de klok op gelijk zetten dat op dit stuk het spoelwater op raakt, dus het komt goed uit dat we dat daar kunnen bijvullen.
Dan is het voor mij weer tijd om te gaan slapen en zal pap het stuk gaan waarnemen tot aan Dijon. Daar hebben we weer een nachtstopje van 10 minuten en dan neem ik het over tot aan Saint-Quentin. Dit vind ik zelf altijd een genot om te rijden: de opkomende zon, de vele zonnebloemvelden, de champagnestreek bij Reims, een goed begin van een nieuwe dag. Vandaag is het een beetje bewolkt maar dat mag de sfeer niet verpesten.
Aan het eind van mijn etappe is het tijd voor de ochtendstop, die nemen we bij een pompstation waar de jongeren nog een ontbijtje kunnen kopen als ze dat wensen. Ik ben hartstikke wakker en fit dus ik besluit de laatste twee uur richting Beernem gezellig naast pap door te brengen, nog een beetje kletsen over van alles en nog wat, altijd leuk. Eenmaal daar is het ook voor de jongeren tijd om wakker te worden, net voor Beernem vraag ik altijd om een applausje voor de moni’s die (vaak meerdere weken) voor de jongeren hebben klaargestaan. Nog even de gordijntjes open en de rugleuningen recht en dan gaan de eerste passagiers ons alweer verlaten.
Na het uitladen van de bagage snel door richting Gent, en onderweg worden we door een automobilist ergens op geattendeerd. Het is niet heel ver meer naar Gent dus we rijden de parkeerplaats op. Terwijl ik de mensen laat uitstappen en de bagage uit de bus haal, controleert pap de bus en al snel ziet hij dat de band slap is.
We hadden het idee om de band snel te vervangen maar we kregen de moeren met 2 man niet in beweging. Even snel een telefoontje naar de nooddienst bracht een uitkomst die ik zelf nog niet wist. Het blijkt dus dat je met de lucht van de bus je band kan oppompen met de luchtslang die er in ligt. En zo geschiedde. Al snel wisten we de band op te pompen en konden we onze weg vervolgen.
De laatste passagiers hebben we in Kontich weer laten uitstappen en vanuit daar konden we leeg retour naar de zaak. Nog even de band gecontroleerd en visueel zag het er nog goed uit gelukkig. En zo waren we binnen anderhalf uur weer veilig in Weert. Nu snel naar huis, want morgen mogen we weer aan een nieuwe pendel beginnen!
Op deze manier rijden wij twee pendels per week. En hoeveel routine er ook in komt, we leren iedere dag bij, maken iedere rit andere dingen mee, en het is nooit saai. We hebben er ontzettend veel lol in en hopen dat we nog een hoop van dit soort ritten mogen maken samen. En daar sommigen vragen of het nou nooit saai is om altijd hetzelfde stuk te rijden kan ik dat met een volmondig ‘nee’ beantwoorden.
Tot snel en bon voyage!
Walter en Cas